Geen producten in de winkelwagen.
Als je wiet kweken overweegt om zelf te doen kan alle informatie die op je afkomt overweldigend zijn. Er zijn namelijk zoveel dingen die je zou moeten weten of leren om het echt ver te schoppen met wiet kweken. Denk aan de verschillende manieren om te ontkiemen, oneindig veel verschillende soorten voeding, kweekschema’s. Daarnaast zijn er bepaalde factoren die meespelen in het behalen van een goede oogst. Deels is dit genetisch bepaald, maar voor het grootste deel wordt dit bepaald door de kweekomstandigheden.
Kortom, wat moet je allemaal weten wanneer je begint, of net begonnen bent, met wiet kweken?
Voordat je begint met wiet kweken is het goed om hier even bij stil te staan. Kies je voor een buitenkweek of investeer je in een binnenkweek? Wanneer je kiest voor een binnenkweek zal je de omstandigheden van je wietplanten iets beter in de gaten moeten houden. Dit aangezien je binnen, bij voorkeur in een kweektent, de natuur op optimale wijze nabootst. De aanvoer van verse lucht en afzuiging van gebruikte lucht moet goed geregeld worden, verlichting zal qua hoogte moeten worden aangepast naar gelang je wietplanten groeien.
Bij een buitenkweek zal de natuur meer haar werk doen. Regenwater is wat betreft pH-waarde bijvoorbeeld prima geschikt voor wietplanten. Mocht je ongegeneerd buiten kunnen kweken heb je ook minder omkijken naar het klein houden van de wietplanten, aangezien je vaak over meer ruimte per wietplant zal beschikken en ze hoger kunt laten groeien.
Kort samengevat heb je binnen dus veel meer invloed op de ontwikkeling van het wiet kweken, maar dit kost simpelweg iets meer tijd. Buiten kun je de natuur iets meer haar werk laten doen, enkel is het wel goed om je wietplanten een standplaats in volle zon te geven, met wat beschutting tegen (harde) wind en regen. Of je nu binnen of buiten wiet gaat kweken, de volgende zaken zullen hoe dan ook je pad komen.
Zowel bij een binnenkweek als een buitenkweek is je kweekruimte op de juiste manier inrichten van essentieel belang voor geslaagd wiet kweken. Zoals beschreven kun je buiten wat meer terugvallen op Moeder Natuur, maar wanneer je wietplant in het open veld staat en blootgesteld wordt aan flinke windstoten en veel regen, dan zal dit slecht uitpakken voor je wietplanten. Ook dan is het dus van groot belang om maatregelen te treffen.
Een kweekruimte is zeer goed zelf te maken, er zijn genoeg voorbeelden van zeer creatieve kweekruimtes zelfs. Als er (geaarde) elektriciteit is, goede afzuiging en aanvoer van lucht en actieve luchtcirculatie én de kweekruimte is lichtdicht, dan kun je spreken van een goede kweekruimte.
Als je wiet kweken buiten wilt verrichten kun je je wietplanten een flinke hand helpen door een goede kweekruimte voor te bereiden. Zo kun je bijvoorbeeld voorzaaien en de grond afdekken met plastic. Hierdoor kan warmte beter worden vastgehouden en zullen je zaailingen niet kapot regenen. Je kunt je kwetsbare zaailingen of kleine wietplantjes natuurlijk ook binnen voor laten groeien.
Een goede kweekruimte buiten beschermt je wietplanten tegen veel regen en wind, let wel op dat enige ventilatie in de kweekruimte noodzakelijk is om schimmels en achterstand in de groei en bloei te voorkomen.
Waar je buiten vooral moet zorgen dat je wietplanten er lekker warm en niet te nat bijstaan, heb je binnen meer omkijken naar het volledig nabootsen van een perfect klimaat voor je wietplanten. Hier komen naast ventilatie ook zaken als verlichting, reflectie, filters, temperatuur en afzuiging aan te pas. De ontwikkelingen gaan gelukkig in volle gang door en zo heb je tegenwoordig een ruime keuze uit deze zaken.
Licht en lucht zijn de belangrijkste factoren voor je wietplanten, maar daarnaast dien je dus ook rekening te houden met een juiste temperatuur, niet te warm en niet te koud. Je wilt ook niet teveel temperatuur schommeling tussen dag en nacht temperatuur, dit kan namelijk ook voor achterstanden zorgen.
De omstandigheden in de kweekruimte moeten optimaal zijn, maar daaromheen ook het liefst. Als voorbeeld: stel je hebt een kweekruimte van 1m2 van 2 meter hoog met een 600 Watt HPS lamp, maar deze staat in een afgesloten kast van 1m2, zonder actieve luchtstroom. De temperatuur zal in zo’n kweekruimte al snel tot rond de 30 graden oplopen en helemaal in de bloeifase problemen opleveren.
Een zolder met een goede luchtstroom is een idee, maar kan zomers zeer warm worden en in de winter vrij koud. Op zich geen probleem, maar het is dan wel aan te raden om je verlichting bijvoorbeeld vooral ’s nachts te laten branden. Probeer er wel voor te zorgen dat je kweekruimte op zolder niet direct bij de CV-installatie staat. Hierdoor profiteer je optimaal van de koele nachten in de zomer en de ijskoude nachten in de winter. Let in deze situatie vooral ’s winters wel op je isolatie. Wanneer er bij de buren 15 centimeter sneeuw op het dak ligt, maar bij jou alles mooi gesmolten is kun je geheid een bezoekje van oom agent verwachten.
De meest ideale plek in huis om wiet te kweken is in een kelder. Let er dan wel even op dat deze vochtvrij is en niet te koud wordt, anders dien je voor wat verwarming op de koude momenten te zorgen. Vaak zal je iets meer aandacht moeten besteden aan luchtverplaatsing in de kelder, maar dit is het zeker waard.
Tijdens het ontkiemen begint het kweekproces echt. Leuk! Vooral als je lang bezig bent geweest met de voorbereidingen en het uitzoeken van goede wietzaadjes. Het ontkiemen van je wietzaden is een essentiële stap tijdens het wiet kweken. Wanneer de omstandigheden niet optimaal zijn voor je wietzaadjes zal dat uitlopen op teleurstellende resultaten. Goed om te weten is dat je wietzaden tijdens het ontkiemen geen licht nodig hebben.
Er zijn enkele succesvolle methoden om je wietzaden succesvol te laten ontkiemen. Zaden van Gold Seeds hebben een uitstekende kiemkracht, waardoor 99,9% van de wietzaden succesvol zal ontkiemen. Bij de juiste temperatuur en omstandigheden zal een wietzaadje dus ontkiemen, maar dat kun je op meerdere manieren bereiken. Een veelgebruikte succesvolle methode is wietzaadjes ontkiemen in een glas water.
Een andere succesvolle methode om je wietzaden te ontkiemen is door een paar watjes op een schoteltje te leggen, waar je de wietzaden oplegt. Maak de watjes licht vochtig en zorg dat je overtollig vocht er eerst uitknijpt. Belangrijk tijdens het ontkiemen zijn dus vocht en een omgeving op kamertemperatuur. Alles over ontkiemen tussen watjes lees je hier.
De meest natuurlijke manier om je wietzaden te ontkiemen is door ze gewoon te planten. Over het algemeen zal het ontkiemen en opkomen van de wietzaadjes iets langer duren. Daar staat tegenover dat je de zaailingen of kleine plantjes niet hoeft te verpotten. Ze kunnen direct in de pot worden gezaaid waar je ze uiteindelijk groot in wil brengen. Bij verpotten bestaat immers altijd het risico dat je wietplant stress oploopt of de wortels beschadigen. Voorkomen is genezen zeggen ze ook wel.
Wanneer je wietzaden zijn ontkiemd en je zaailingen boven zijn, zijn er aantal zaken belangrijk om in de gaten te houden. Bij een binnenkweek wil je je verlichting op de juiste afstand houden om te voorkomen dat je wietplanten gaan strekken. Je zaailingen zullen licht gaan ‘zoeken’ als de lamp(en) te ver weg hangen of te zwak zijn. Hangt je verlichting echter te dicht op je wietplantjes dan zullen deze in het ergste geval verbranden/uitdrogen.
Hoeveel water je je wietplant moet geven is een kwestie van aanvoelen. Geef je te weinig water dan zal je wietplant dit snel laten zien met slappe, hangende bladeren. Je wietplant zal vanzelfsprekend uitdrogen als je niet snel water geeft, maar een teveel aan water kan ook voor hangende bladeren zorgen.
De basis van wiet kweken is een goede dosering als het op wietplanten water geven aankomt. Beter is het om met iets meer regelmaat iets minder water geven, zodat de wietplanten dit ook geleidelijk kunnen opnemen.
Ook wel beschreven als de pH-waarde van zowel de grond als het water dat je je wietplanten geeft. Wanneer je op biologische aarde kweekt zul je minder omkijken hebben naar de pH-waarde aangezien deze zichzelf vaak reguleert. Kweek je echter op kokos of in een hydrocultuur dan is het van groter belang om de pH-waarde in de gaten te houden. Dit kan met een eenvoudige pH-meter. Een verkeerde zuurtegraad kan ervoor zorgen dat je wietplant minder of geen voeding opneemt, waardoor het resultaat zal tegenvallen en je wietplant problemen kan gaan vertonen. Een juiste zuurtegraad is dus zeer belangrijk voor het welzijn van je wietplant.
De EC-waarde geeft aan hoeveel voeding er aanwezig is in je kweekmedium of voedingswater. Door dit goed in de gaten te houden en te meten met een EC-meter, valt het snel op als je wietplanten te veel of te weinig voeding krijgen. Te weinig voeding kan voor achterstallige groei of bloei zorgen en een teveel aan voeding kan ervoor zorgen dat de wietplant geen voeding meer opneemt. In het ergste geval kunnen de wortels zelfs ‘verbranden’ door een teveel aan voeding.
Voor de EC-waarde geldt hetzelfde als voor de pH-waarde van je medium en voeding. Indien je met biologische middelen kweekt heb je geen omkijken naar de EC-waarde.
Het toppen van wietplanten zorgt ervoor dat het aantal toppen van je wietplant zich zal vermeerderen. Verstandig is om te wachten tot je wietplant minimaal vier vertakkingen heeft om teveel stress te voorkomen. Door groeipunten van je wietplanten te snoeien zullen er simpelweg twee keer zoveel takken ontstaan. Dit is mogelijk bij de hoofdstam, maar ook bij de bovenliggende vertakkingen. Raadzaam is om de onderste, kleine vertakkingen weg te snoeien, zodat alle energie naar de bovenkant van de plant kan. Meer weten over hoe je wietplanten kan toppen?
fimmen is een variant die per ongeluk is ontstaan tijdens het toppen van een wietplant. Door verkeerd te snoeien, net iets te hoog, kwamen er tot wel vier nieuwe scheuten. Dit in tegenstelling tot de gehele top wegsnoeien. Dit zal enkel twee keer zoveel toppen opleveren.
Een bijkomend voordeel van fimmen is dat je minder van de top afknipt, waardoor het ook minder stress oplevert voor je wietplanten. Alles over fimmen en wat je precies wegknipt lees je hier.
Traditioneel wiet kweken is natuurlijk leuk, maar kwekers zullen altijd manieren vinden om opbrengst te maximaliseren en zo effectief mogelijk te kweken. Scrog staat voor Screen of Green en zorgt voor een kweekruimte vol met dikke toppen. Bij een scrog wordt een scrog-net gebruikt, of gewoon kippengaas. Door je wietplanten te ‘trainen’ en op het juiste moment in de bloei te zetten en aan het net vast te binden, is het mogelijk om de opbrengst te verhogen.
Belangrijk is dat je wietzaadjes geschikt voor scroggen gebruikt, vaak wietplanten die niet al te hoog worden en wietplanten met veel vertakkingen. Hoe je precies moet scroggen en wat je nodig hebt lees je hier: GA NAAR KENNISBANK: VERZORGING
Eerder in dit stuk las je al dat de EC-waarde een cruciale factor is wanneer je wiet kweekt. Dit valt en staat met het gebruik van de juiste voeding. De belangrijkste voedingsstoffen voor je wietplanten zijn: Stikstof (N), Fosfor (P) en Kalium (K). Stikstof zorgt met name voor de groei van je wietplant. Fosfor stimuleert de groei van de wortels en de ontwikkeling van de toppen. Kalium zorgt op zijn beurt voor een sterke wietplant met een goede weerstand. Bovendien zorgt kalium voor bescherming tegen infecties.
Een juiste verhouding in elke fase van je kweek, tussen deze en meer belangrijke voedingsstoffen, zorgt voor de ideale voedingsmix voor je wietplanten. Alles weten over de voeding van wietplanten?
Tijdens de groeifase zal je wietplant met name behoefte hebben aan stikstof. Stikstof zorgt voor mooie groene bladeren en een sterke wietplant in de groeifase. Per wietsoort kan de exacte verhouding verschillen, maar in de regel hebben je wietplanten aan het begin van hun levensfase over het algemeen weinig behoefte aan voeding. De meeste kwekers staan te trappelen om voeding toe te dienen en hun wietplanten enorm te zien groeien en bloeien. Met mate voeden is het belangrijkste dat er is. Lees hier meer over groeivoeding.
Wanneer de bloeifase is aangebroken is het tijd om minder stikstof te geven en meer fosfor en kalium. In de laatste paar weken kun je de stikstof zelfs helemaal achterwege laten en enkel voeding rijk aan fosfor en kalium geven. Het belangrijkste is om dit geleidelijk op te bouwen door steeds iets minder groeivoeding te geven, tot je in de laatste weken enkel bloeivoeding geeft zodat de toppen zich goed kunnen ontwikkelen. Klik hier als je meer wilt weten over bloeivoeding.
Naast groei- en bloeivoeding zijn er aanvullende soorten voeding te verkrijgen. Denk aan topboosters die zorgen voor nog dikkere toppen. Vaak zijn dit aanvullende voedingsmiddelen met extra fosfor, of in het geval van topboosters, kalium. Wat belangrijk is bij het geven van voeding is dat je één en dezelfde voedingslijn aanhoudt gedurende de hele kweek. Verschillende merken en samenstellingen kunnen niet goed samengaan wat uiteindelijk je gehele kweek kan verpesten.
Lees je daarom dus goed in over het gebruik van aanvullende voeding en richt je op de voeding van één fabrikant. Meer weten over topboosters, bladvoeding en voeding dit het bio-leven van je grond optimaliseert? Hier lees je er alles over.
Tegenwoordig wint biologische voeding aan populariteit, omdat je geheel biologisch goede wiet kunt kweken. Zo weet je zeker dat er geen schimmige stoffen of zelfs chemische stoffen in je voeding zitten. Zeer belangrijk, want wat je in je grond stopt is wat je er uiteindelijk ook weer uithaalt. Je wietplanten en toppen consumeren immers de voeding door de stam en takken.
Wat ook fijn is aan biologische voeding is dat het zelfregulerend is. Je hebt dus geen omkijken naar de pH-waarde of EC-waarde, tenzij één van de waardes van je kraanwater van nature zeer hoog of laag is. Lees hier alles over biologische voeding.
Nadat het ontkiemen is geslaagd is een belangrijke wijziging dat je zaailing geen hoge luchtvochtigheid meer nodig heeft. De groeifase is vanzelfsprekend van essentieel belang tijdens wiet kweken. Problemen in de groeifase zullen ook effect hebben op je wietplanten in de bloeifase. Een achterstand tijdens het groeien is lastig weer goed te maken, als je het probleem al op tijd weet te vinden en weet te verhelpen.
Tijdens de groeifase is het aantal uren licht zeer belangrijk voor je wietplant. 18 uur licht en 6 uur duisternis is wat je wietplant op dit moment nodig heeft om goed te groeien. Meer groei betekent meer behoefte aan voedingsstoffen en water. Waar de eerste dagen een paar druppels water nog volstaan, zul je zien dat, wanneer je wietplant er klaar voor is, één dag een flink verschil kan maken voor je wietplant.
Vanaf het moment dat je wietplant ook zijtakken krijgt en meer bladeren produceert zal de groei explosief toenemen. Een langere groeifase zal logischerwijs voor een sterkere en grotere wietplant zorgen. Wanneer je binnen kweekt is het aan te raden om gemiddeld gezien twee weken voor te groeien.
Wanneer je overgaat op de bloeifase heb je helemaal zelf in de hand. Op het moment dat je wietplanten 12 uur in het licht staan en 12 uur in het donker staan, zullen deze uit zichzelf gaan bloeien. Let op: wanneer de bloeifase is aangebroken groeien je wietplanten gewoon nog door. Sommige soorten kunnen tot wel 200% doorgroeien, ten opzichte van de hoogte die ze hadden toen ze in de bloei werden gezet. Sativa’s staan erom bekend dat ze in dit stadium nog explosief doorgroeien. Een Indica-dominante wietsoort zal doorgaans nog zo’n 100% doorgroeien. Twee keer zo groot worden als op het moment dat ze ging bloeien dus.
Autoflower wietzaadjes zijn een uitzondering op de regel, aangezien deze wietplanten zelf na enkele weken om zullen schakelen naar de bloeifase. Per autoflower soort kan het verschillen, maar veelal blijven autoflower wietplant op een lichtschema van 18 uur licht en 6 uur duisternis. Dit om het optimale resultaat te behalen.
Tijdens de bloeifase bij een binnen kweek is het van belang dat je in de gaten houdt dat de wietplant in de eerste weken van de bloeifase niet te dicht naar je verlichting toe groeit. Belangrijk is om te zorgen dat je door middel van bijvoorbeeld ‘easy-rollers’ altijd je lamp(en) in hoogte kunt verstellen. Ook eenvoudige kettingen die je in hoogte kunt verstellen volstaan natuurlijk, maar besef je dat je dit bijna dagelijks in de gaten zal moeten houden. Aan het begin van de bloeifase groeit een wietplant gerust enkele centimeters per dag. Even een week niet bijstellen kan dus problematische gevolgen hebben.
Wellicht het leukste moment van het wiet kweken, oogsten! Knippen, drogen en genieten maar. Of toch drogen, knippen en dan genieten? Dat er geknipt moet worden en genoten mag worden lijkt vanzelfsprekend, maar tussen het oogsten en het roken kan de potentie van je wiet nog aardig verminderen, indien het knippen, drogen en curen niet op de juiste wijze gedaan wordt.
Het knippen van je wietplanten kun je voor of na het drogen doen. Vaak wordt dit voor het drogen gedaan, omdat je dan doorgaans beter overal tussen kunt komen met je schaar. Voor je gaat beginnen met knippen zijn er enkele zaken die je in huis wilt/moet hebben. Denk aan een scherpe en vooral schone schaar, maar ook (latex) handschoenen zijn geen overbodige luxe. Tijdens het knippen zullen je vingers namelijk flink gaan plakken als je geen handschoentjes draagt.
Het knipt makkelijker wanneer je de takken eerst van de plant afknipt. Voor een geleidelijk droogproces is het echter belangrijk dat de wietplant zoveel als mogelijk intact blijft. Sommige kwekers zweren zelfs bij het drogen van de wietplant in haar geheel. Hierover in onderstaand hoofdstuk meer. Alles weten over wiet knippen en hoe je snel en goed knipt?
Een van de belangrijkste punten om een eindproduct van optimale kwaliteit te bereiken is het drogen van je wiet. Dit is ook één van de laatste stappen van het wiet kweken en je kunt dus gelukkig bijna je eigen wiet roken. Er zijn een aantal manieren om te drogen. Zo kun je de wietplant in zijn geheel ondersteboven ophangen. Wanneer je de wietplant met wortels en al ophangt kunnen de laatste stoffen nog worden verwerkt in je toppen.
Als je de takken van de wietplant afknipt alvorens het knippen en drogen, kun je er ook voor kiezen om je toppen liggend op een droognet of rek te drogen. Om te voorkomen dat vocht zich tussen de toppen ophoopt is het dan van belang dat de toppen elkaar niet aanraken. Alles over drogen en de verschillende manieren lees je hier.
Zowel tijdens de groei- als bloeifase en het drogen wil je de luchtvochtigheid nauwlettend in de gaten houden. Wanneer de luchtvochtigheid tijdens het kweekproces of droogproces te hoog is, loop je onnodig risico op schimmels en toprot. Als de luchtvochtigheid echter te laag is tijdens het drogen zullen je toppen te snel drogen. Tijdens het drogen wordt chlorofyl afgebroken en te snel drogen zorgt ervoor dat de chlorofyl niet optimaal kan afbreken. Gevolg is minder smaak en potentie van je wiet. Hier lees je hoe hoog of laag de luchtvochtigheid precies moet zijn en hoe je deze beïnvloedt.
Het curen van je wiet is als het ware het laten rijpen van je toppen. De smaak, geur en potentie wordt positief beïnvloedt door het curen. Curen doe je in een afgesloten, luchtdichte pot of bak, denk aan een Tupperware bak of weck pot. Door elke dag de bak of pot een minuut of 10 te laten luchten kan de wiet even ‘ademen’ en nog wat vocht kwijt raken.
Een vochtpercentage van rond de 30% is ideaal om te beginnen met curen. Hoe weet je wanneer het tijd is om te gaan curen en wat is een ideaal vochtpercentage? Alles over curen lees je hier.
Alle belangrijke informatie omtrent wiet kweken lees je beknopt in dit artikel. Mocht je meer aanvullende informatie nodig hebben is het aan te raden om de kennisbank te raadplegen. Hier staat alle belangrijke informatie per onderwerp uitgebreid beschreven. Heb je nog vragen waar je geen antwoord op kunt vinden op de website? Neem dan gerust even contact met ons op. Hopelijk kun je met deze informatie vooruit en veel succesvolle kweken gewenst namens Gold Seeds!
