Zeer belangrijk tijdens het kweken van wietplanten is dat je de juiste voeding toedient. Een veelgemaakte beginnersfout is te veel of te weinig voeding geven, al is het laatste minder schadelijk vo...
Zeer belangrijk tijdens het kweken van wietplanten is dat je de juiste voeding toedient. Een veelgemaakte beginnersfout is te veel of te weinig voeding geven, al is het laatste minder schadelijk voor je wietplanten. Wanneer je wietplanten een overschot aan voedingsstoffen binnenkrijgen dan kan dit tot de dood van je geliefde wietplanten leiden.
Inmiddels zijn er van heel wat leveranciers complete voedingslijnen te verkrijgen. Hier zit dan vaak een compleet pakket aan voeding in voor de gehele kweek, denk aan wortelstimulator en voeding voor de groeifase. Evenals voeding voor tijdens de (late) bloeifase.
Zeer belangrijk tijdens het kweken van wietplanten is dat je de juiste voeding toedient. Een veelgemaakte beginnersfout is te veel of te weinig voeding geven, al is het laatste minder schadelijk voor je wietplanten. Wanneer je wietplanten een overschot aan voedingsstoffen binnenkrijgen dan kan dit tot de dood van je geliefde wietplanten leiden.
Inmiddels zijn er van heel wat leveranciers complete voedingslijnen te verkrijgen. Hier zit dan vaak een compleet pakket aan voeding in voor de gehele kweek, denk aan wortelstimulator en voeding voor de groeifase. Evenals voeding voor tijdens de (late) bloeifase.
Om goed te begrijpen waar je mee bezig bent is het belangrijk om bekend te zijn met de belangrijkste meststoffen, stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K). Gaandeweg de groei en bloei veranderen de behoeftes van je wietplanten, maar per wietsoort en zelfs per wietplant kan dit nog wel eens verschillen. Naast de juiste verhoudingen is het dus ook zeer belangrijk om te kunnen zien of je wietplanten te veel of te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt. Je wietplanten zullen dit snel genoeg via de bladeren laten zien, maar het meten van de EC-waarde is nog betrouwbaarder.
In de groeifase heeft je wietplant behoefte aan meer stikstof dan fosfor en kalium. Een gezonde verhouding is 3:1:1, maar kwekers op aarde hebben hier veelal geen omkijken naar. Aarde voor wietplanten bevat vaak voeding voor de eerste 3 tot 4 weken, waardoor je puur op de verhouding van voedingsstoffen in de aarde hoeft te letten.
Ook wanneer de bloeifase is aangebroken heeft je wietplant nog behoefte aan stikstof, maar meer aan fosfor en kalium. Dit is geleidelijk proces, door iets minder stikstof te geven en meer fosfor en kalium komt je wietplant aan haar benodigde voedingsstoffen. Wanneer je bloeivoeding gebruikt kun je er vanuit gaan dat de verhouding ongeveer 1:3:2 is. Tijdens het afbloeien is stikstof overbodig en zal de verhouding naar 0:3:3 gaan. Dit is dan vaak in de vorm van een top-booster c.q. afbloei voeding.
Uiteraard is het maar net waar je voorkeur naar uitgaat, beiden soorten voeding hebben hun voor- en nadelen. Zo kan er bij minerale voeding meer gebruik worden gemaakt van chemische stoffen, in tegendeel tot biologische voeding. Een groot voordeel van minerale voeding is echter dat dit direct wordt opgenomen en je wietplanten hier gelijk op reageren. Wanneer je biologisch kweekt kan dit enkele dagen duren, waardoor je, als je niet goed oplet, vrij eenvoudig te veel voeding geeft, voordat de wietplant alle voeding verwerkt. Hierdoor zal de opname juist verstikken en de groei/bloei vertragen.
Wietplanten kun je ook kweken zonder dat je ze enige voeding geeft, maar ze zullen wel een stuk ongezonder ogen. Bladeren die sneller vergelen of wat slap gaan hangen, waardoor de groei vertraagd wordt en je niet het maximale uit je wietplanten kunt halen. Het is daarom altijd aan te raden om te kiezen voor de juiste voeding, zodat je wietplanten optimaal kunnen groeien en bloeien.
Als je niet beschikt over een EC-meter en toch wilt weten of je juist wel of geen voeding moet geven, is het van essentieel belang dat je dit aan je wietplanten af kunt lezen. Zo lang de bladeren van je wietplanten (donker)groen en stevig zijn, dan hebben ze genoeg voedingsstoffen tot hun beschikking. De eerste symptomen van te weinig voeding zijn geel wordend blad, dat uiteindelijk zal afsterven.
Wanneer je te veel voeding hebt gegeven zal je gele ‘verbrande’ bladpunten zien die omhoog krullen. Opvallend is dan dat de rest van het blad er nog wel goed uitziet. Op het moment dat het probleem niet bij de kern wordt aangepakt zal het snel verslechteren en zullen de bladeren snel afsterven. Als gevolg hiervan zullen voedingsstoffen niet verwerkt kunnen worden en in het ergste geval zal je wietplant overlijden.
Het is altijd goed om in eerste instantie terug naar de basis te gaan. Geef water met een pH-waarde van 6,5 en kijk bij een tekort waar het vandaan komt. Het is aan te raden om met een volledige voedingslijn van hetzelfde merk te werken, omdat je zo zeker weet dat bijna alle essentiële voedingsstoffen in de voeding zit.